artmap.com
 
MARCUS STEINWEG
 

SPINOZA THEATER EINE ONTOLOGIEKOMÖDIE IN 26 BILDERN

Baruch de Spinoza
1632-1677
Vorbemerkung

Das SPINOZA THEATER ist ein STÜCK für eine flexible Anzahl von Schauspielern.
Im MITTELPUNKT steht das DENKEN von SPINOZA. Dieses DENKEN stellt die GROSSE FRAGE der PHILOSOPHISCHEN TRADITION nach GOTT und dem Verhältnis des MENSCHEN zu ihm NEU. Seine AKTUALITÄT liegt darin, jegliches JENSEITS zu bestreiten, ohne der FRAGE nach der FREIHEIT & VERANTWORTUNG DES MENSCHEN im HORIZONT DER IMMANENZ auszuweichen. Die IDEE ist, PHILOSOPHIE als KOMÖDIE aufzuführen. Als eine KOMÖDIE, die sich an ALLE richtet, die NIEMANDEN AUSSCHLIESST (schon deshalb, weil es KEINEN AUSGANG gibt aus der EINEN EINZIGEN WELT), soll das SPINOZA THEATER zu einem BEISPIEL philosophischer UNIVERSALITÄT werden. Das KOMÖDIANTISCHE der PHILOSOPHIE liegt 1. in der INSISTENZ auf FRAGEN, die ihr VERMÖGEN an seine GRENZEN führen, und 2. in der zum LACHEN REIZENDEN SELBTÜBERFORDERUNG, die jedes Denken bleibt.
------------------------------------------


Marcus Steinweg

Spinoza Theater
Een ontologische komedie in 26 taferelen


Inleiding

Het SPINOZA THEATER is een THEATERSTUK voor een flexibel aantal acteurs.
CENTRAAL staat het DENKEN van SPINOZA. Dit DENKEN stelt OPNIEUW de GROTE VRAAG van de FILOSOFISCHE TRADITIE naar GOD en de relatie van de MENS tot God. Spinoza is ook van ONZE TIJD, omdat hij ELKE ANDERE WERELD BUITEN DEZE WERELD ontkent, zonder dat hij de VRAAG naar de VRIJHEID & VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE MENS vanuit het PERPECTIEF van de IMMANENTIE ontloopt. Het IDEE is FILOSOFIE als KOMEDIE op te voeren. Met een komedie - die zich tot IEDEREEN richt, die NIEMAND BUITENSLUIT (ook al omdat er GEEN UITGANG uit deze ENE ENIGE WERELD bestaat) - wil het SPINOZA THEATER een VOORBEELD van filosofische UNIVERSALITEIT stellen. Filosofie heeft trekken van een KOMEDIE in 1) het blijven stellen van VRAGEN die het vermogen van de filosofie tot aan zijn GRENZEN drijven en 2) de ONHAALBAAR HOGE EISEN die de filosofie aan zichzelf stelt en die je AAN HET LACHEN MAKEN, wat ieder denken eigen is.



Locatie: Fitnesszaal met toestellen en bokszak

Handeling: Terwijl ze trainen aan verschillende toestellen, bespreken de figuren de filosofische vragen naar God, vrijheid, noodzaak en geluk.

In de komedie treden er in het geheel op:
- Onzichtbare stem (die vanachter het toneel gedeelten van de banvloek opzegt)
- Spinoza
- Rondemiss (komt telkens weer terug)
- Meerdere acteurs (die de rol van Iemand, een Ander etc. spelen. Deze rollen zijn uitwisselbaar en kunnen door verschillende acteurs overgenomen worden)
- God (vanachter het toneel)
- Koor van filosofen





*



RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt. Hier is het de titel van het stuk):

SPINOZA THEATER

*



1. Proloog: Vervloekt

Er komen op: Onzichtbare stem, Spinoza.


ONZICHTBARE STEM (leest de volgende regels uit de banvloek):
Vervloekt zij hij bij dag en vervloekt zij hij bij nacht, vervloekt zij hij als hij gaat slapen en vervloekt zij hij als hij opstaat, vervloekt zij hij als hij uitgaat en vervloekt zij hij als hij binnenkomt.

SPINOZA (komt op en wendt zich tot de kijkers):
Ik, Baruch de Espinoza, de verdoemde, ik spreek tot jullie.
Vervloekt ben ik bij dag, vervloekt ben ik bij nacht.
Laat niemand met mij verkeren.

ONZICHTBARE STEM
Vervloekt ben je, Spinoza.
Steeds als je wakker wordt, steeds als je gaat slapen.
Als je spreekt, als je ademt, als je eet.
Laat geen mens met je meegaan op jouw weg.
Laat niemand met jou dwalen.

Vervloekt ben je, verdoemde.
Die de DWALING tot waarheid maken wil.
Jij, dwalende.
Die alleen maar zijn kennis vertrouwt.
Die het geloof tegen zijn waarheid inruilt.
Die de gemeenschap veracht.
Die de wetten schendt.

SPINOZA
Ik, de verdoemde, die jullie geloof op de proef stelt, de gemeenschap en haar wetten, ik, Baruch de Espinoza, ik spreek tot jullie.
Vervloekt ben ik bij dag en vervloekt ben ik bij nacht.
Als ik eet, als ik adem, als ik spreek
wil ik vasthouden aan een WAARHEID die geen geloof omvat, geen gemeenschap erkent, geen wet volgt.

Een waarheid die van niemand en van iedereen is.
Een waarheid die niemand vergeet.

ONZICHTBARE STEM
Aan de herinnering ontrukt, zul je vergeten zijn.
Van je toekomst beroofd.

*

RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

WAARHEID IS TOEKOMST.


*

1. Tafereel: Niets gebeurt er.

Er komen op: eerste acteur, tweede acteur.

EERSTE ACTEUR
Ze zeggen dat een komedie je aan het LACHEN maakt.
Wie valt, struikelt niet.
Wie dwaalt, doet dat voor iedereen.
Wie op sterven ligt, geeft troost.
De dood is van papier.

TWEEDE ACTEUR
Niets is wat het lijkt.
Niets telt zonder uitvlucht.
Alles gebeurt zonder te gebeuren.

EERSTE ACTEUR
Niets gebeurt er.
Niets zal er zijn gebeurd.

*

RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

HET LEVEN IS EEN KOMEDIE, OMDAT ER GEEN ALTERNATIEF IS.


*

2. Tafereel: Indifferentie

Er komen op: derde acteur, vierde acteur

DERDE ACTEUR
We noemen komedie, wat getuigt van de onverschilligheid van het wereldtoneel.
God is de indifferentie van God.
Doelloos zijn spel.
Figuur in dit spel de mens.
Modus.
Speelgoed.
Uitgespeeld.

Niet gaaf, niet ongaaf is zijn wereld.
Niet goed, niet slecht.
Bevrijd van doel en grond en schuld.
Spel dat zijn bedoelingen verbergt.
En iedereen insluit.

Dood en leven vervloeien hierin tot één substantie.
Er is alleen deze ene substantie.

Hierin vindt al het eindige zijn plek.
In de oneindigheid van een spel dat onophoudelijk lijkt.

Spel zonder uitgang, wereld zonder buiten.
Komedie: vrolijk gezang.

VIERDE ACTEUR
Zang of zingezang.
Af en aan van het zijn.

Fluisterende leegte.
Leegloop of spel.

Sidderende wording.
In haar onrust vredige natuur.

DERDE ACTEUR
Rusteloosheid die bij wording hoort.
Hierin rust al het zijn.

Wil van een God zonder wil.
CONATUS, die alles bijeenhoudt.

In het hier en nu van de enige wereld.
In het spel zonder zin of doel.

VIERDE ACTEUR
In een ONVERSCHILLIGHEID die van God getuigt.


*


RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

LEVEN BETEKENT: HIER EN NU LEVEN.


*


3. Tafereel: Voor iedereen

Er komen op: Iemand, Spinoza, Een ander. De eerste twee op de loopband als in een wedstrijd. Een ander komt erbij staan.

IEMAND ERGENS VANDAAN
Voor wie?

SPINOZA
Voor jou.
Voor iedereen.

IEMAND
Zonder uitzondering?

SPINOZA
Een uitzondering is uitgesloten.

IEMAND
Geen een valt erbuiten.

SPINOZA
Geen een.

IEMAND
Niemand ooit.

SPINOZA
Niemand, nooit.

IEMAND
Een denken voor iedereen.

SPINOZA
Een stuk, een theater, voor jou en voor mij, voor allemaal.

IEMAND
Een komedie.

SPINOZA
Ongetwijfeld.

IEMAND
Voor mij die zomaar iemand is en voor iedereen.

SPINOZA
Ja.

IEMAND
Voor mij. Voor iedereen.

SPINOZA (lachend)
Ja.

EEN ANDER
De uitzondering denken – is dat filosofie?

EEN VOLGENDE
Filosofie van de uitzondering.
Filosofie als uitzondering ...

SPINOZA
Niets dan filosofie.

IEMAND
Herinneren, vergeten?

SPINOZA:
Vergeet niet: filosofie is wat niemand vergeet.

DE ANDER
Maar bij filosofie hoort vergetelheid.

SPINOZA
Vergetelheid die niemand vergeet.

DE ANDER
En toch ben je vrolijk.

SPINOZA
Ik ken alleen het GELUK.


*


RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

VRIJHEID IS GEEN ALTERNATIEF VOOR NOODZAKELIJKHEID.


*


4. Tafereel: God. Vergeten

Er komen op: Iemand, Spinoza. Beiden aan een toestel.

IEMAND
Ik herinner me dat ik vergat dat God niet bestaat.
Sindsdien probeer ik me hem voor te stellen: als een blinde voorstelling die in plaats van hem bestaat.

Voorstelling, beeld of herinnering.
Ik herinner me aan God als aan een vergeten droom.

SPINOZA
En als je droom de waarheid was, die de herinnering weerstaat?

IEMAND
Droom of waarheid?

SPINOZA
Waarheid als droom.

IEMAND
Als God?
Als droom.

SPINOZA
Ja.

IEMAND
Vergeten?

SPINOZA
Ja.


*

RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):


GOD IS HET KAPITAAL VAN DE MOEDELOZEN.

*


5. Tafereel: Niet dood.

Er komen op: God (onzichtbaar vanachter het toneel), Spinoza, Iemand.

GOD:
En als ik niet dood ben, terwijl jullie me dood verklaren?

SPINOZA:
Vergeten, niet dood!

GOTT:
Levend, midden in het leven.

SPINOZA:
Zonder hier te zijn.

GOD:
Niet in de wereld, maar wel er zijn.

SPINOZA:
Van ongegronde evidentie.

IEMAND:
Ben je God of natuur.

SPINOZA (geeft antwoord voor God):
Deus sive natura.



*

RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

ER IS GEEN ALTERNATIEF VOOR VERTROUWEN.


*

6. Tafereel: Natura naturans.

Er komen op: Iemand, Spinoza, Een ander, verdere aanwezigen

IEMAND
Het leven laat ons liggen.
De dood vergeet ons niet.

SPINOZA
Sterven voor het leven?
Leven voor de waarheid die het leven is!

Midden in deze waarheid denken.
Leven in de vergetelheid van de natuur.

IEMAND
In een vergetelheid die niemand vergeet.

SPINOZA
Zo.

EEN ANDER
Maar waar denk je, als je in God denkt?

SPINOZA
Waar ik mezelf verlies.
Waar ik niet ben.

Waar ik allang thuishoor.

In een geheel dat ik niet ken.
In een onmatige natuur.

IEMAND
De NATURA NATURANS.
De oneindige substantie.

SPINOZA
Jouw en mijn wet.

IEMAND
Maar die wet is onbewoonbaar?

SPINOZA
Omdat hij lijkt op een waarheid die zichzelf niet kent.

IEMAND
Vreselijke waarheid die toch bestaat.

SPINOZA
En geldt.

ALLE AANWEZIGEN (die samen een koor vormen)
Zijn is zonder zin.
Inzicht zonder waarde.

Blind zijn wij te midden van de BLINDE NATUUR.

Beheerst door een wet die we niet begrijpen.
Het is onze natuur blind te blijven staan voor een blinde waarheid.


*

RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

ALLEEN JA ZEGGEN IS RISKANT; NEE ZEGGEN NIET.

*


7. Tafereel: Hier, nergens.

Er komen op: Nog een, Spinoza, Iemand, Nogiemand. Allemaal zijn ze uitgeput en rusten uit.

NOG EEN
Je leeft in de enige wereld.

SPINOZA
Net als iedereen, net als jij.
Op deze plek.

NOG EEN
Hier.

SPINOZA
Net als nergens.

De wereld is een KLUWEN.
Alles heeft er hetzelfde gewicht.

Hier wil ik leven.
In het evenwicht van een wereld die geen verschillen kent.

Er zijn alleen maar modi.
Vormen van de ene, enige vorm, die het vormloze blijft.

IEMAND
God.

SPINOZA
Ja, ja.

IEMAND
Die bestaat?

SPINOZA
Die alles in alles is.
Die bestaat.

NOGIEMAND
O, ja. O, ja. (trekt zich grinnikend terug)


*

RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

GELOVEN IN HET LOT BETEKENT VERTROUWEN OP JE ZWAKTE.


*


8. Tafereel: Evidentie van het oneindige.

Er komen op: Spinoza, Iemand, Een ander.

SPINOZA
Het oneindige denken - de enige grond voor filosofie.

IEMAND
Grond of afgrond.

SPINOZA
Ondoorgrondelijke grond.
WANKELE GRONDSLAG, die zijn evidentie behoudt.

EEN ANDER
Een grondslag?

IEMAND
Je fundamentum inconcussum?

SPINOZA
Meer dan een fundament is het aan God om het oneindige te vatten.

De mens is eindig en zonder noodzaak.
Grijpt hij naar God, dan grijpt hij al mis.

Maar toch grenst zijn zijn aan de oneindige substantie.
Hij zwemt erin als in een ONBEKENDE ZEE.

EEN ANDER
God is zijn buurman.

SPINOZA
Een beklemmende buurman die zich niet vertoont.

EEN ANDER
Omdat hij zich in alles toont.

SPINOZA
Omdat alles aan hem ontspringt.

SPINOZA, IEMAND, EEN ANDER (vormen samen een koor)
Beklemmende buurman.
Eigenaardige God, die overal tegelijk zijn zijn verklaart.

In deze wereld geeft hij het ONMETELIJKE te kennen.

Duister water.
Voor zichzelf begrijpelijke God.

Evidentie die zich in duisternis hult.
Licht dat hoort bij de nacht.



*

RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

GELUK IS HET GELUK VOOR DIEGENEN DIE JA ZEGGEN TEGEN HET ONGELUK.


*


9. Tafereel: Vrijheid. Oneindigheid. God.

Er komt op: Spinoza (monoloog).

SPINOZA
Ik denk alleen maar vrijheid.
Ik denk aan niets anders.

Vrijheid – terwijl ze zeggen dat ik die ontken.
Vrijheid die met noodzaak samensmelt.

Zo denk ik het leven.
Als deze samensmelting.

Als noodzaak waarvan je uit vrijheid houdt.
Als grootsheid die mij en alle anderen overspoelt.

Mijn wil is niet vrij.
Vrij ben ik, die de noodzaak uit vrijheid erkent.

Geen denken dat ooit aan het onvermijdelijke ontkomt.

Dat noem ik FILOSOFIE.
Al denkend je openstellen voor het onvermijdelijke.
Inzicht die zijn grenzen kent.

Dat is mijn LIEFDE VOOR HET ONEINDIGE, waar ik me aan wijd.
God noem ik de oneindige natuur.
Niet de geschapen, maar de scheppende natuur.

Zijn met duizend attributen.
Rede die gek geworden is.

NATURA NATURANS.
Productieve substantie.

Die zich toont in de immanentie van de ene wereld.
Een tweede wereld is er niet.

Geen uitgang uit deze wereld.
Geen elders.

In het hier en nu ademt de mens.
Hier en nu verwerkelijkt hij zich in zijn openstelling voor een INCOMMENSURABELE NATUUR.
Je hiervoor openstellen is voor mij blijdschap.

De mens die zich openstelt voor het oneindige, is zeker van zijn eindigheid.
Eer, rijkdom, vermaak betekenen niets meer voor hem.

De filosofie verbindt altijd dat wat van elkaar gescheiden is.
Het eindige en het oneindige.
Het meetbare en het onmeetbare.
De geschapen en de scheppende natuur.
Mens en God.

Zolang ik denk, denk ik de verbinding van wat gescheiden moet blijven.
Immanentie en transcendentie.

De plek van de filosofie is haar conflict.
De mens beweegt zich op deze grensscheiding tussen de wereld van de modi en het incommensurabele, dat haar waarheid is.

Langs deze grens is denken mogelijk dat zich niet geruststelt met bidden of geloof in feiten.

Het zijn is een KOMEDIE, omdat het een strijd aangeeft die bij geluk hoort.
Catastrofische wereld van de modi, waarvan het spel even vertwijfeld als verblijdend is.

Alleen het denken dat tot in de afgrond reikt is denken.

In de afgrond van een spel dat het denkbare met het ondenkbare verenigt, het zijn en het niets.

Deze afgrond heeft geen overzijde die het verschil tussen mens en God benoemt.

Wat is de mens?
Niet God.
Meer weet ik niet.

Waarover praat ik als ik over God praat?
Over een rede die de mens te boven gaat.
Die zo veelomvattend en zo zuiver is, dat de benaming rede niet meer voldoende is.
Totaal van een rede die de grenzen van de rede insluit.

De natuur deelt zich in twee naturen: NATURA NATURANS en NATURA NATURATA, en de eerste daarvan is God en de tweede is de werkelijkheid.

God en werkelijkheid zijn gescheiden en zijn in deze scheiding een en hetzelfde.
Omdat God toch alleen tot uitdrukking komt in het werkelijke en het werkelijke niets anders dan zijn uitdrukking is.

Wat is de mens?
Niet God.
Meer weet ik niet.



*

RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

NIET HET BESTAAN VAN GOD IS BESLISSEND, MAAR ZIJN WERKING.


*


10. Tafereel: Zekerheid. Twijfel.

Er komen op: Iemand, Een ander. Dan: Spinoza.

IEMAND
Wat weet hij nou helemaal?
Hij is God niet.

EEN ANDER
Nu hij uit de gemeenschap verbannen is, zoekt hij het conflict.
Hij gaat tegen elke mening in.


ONZICHTBARE STEM (die de tekst van de banvloek uitroept terwijl het spel op het toneel zich voortzet)
Volgens het oordeel van de engelen en het oordeel van de heiligen verbannen, verwensen, vervloeken en verstoten wij Baruch de Espinoza met instemming van de Heilige God en van deze hele heilige gemeenschap ... met de banvloek waarmee Jozua Jericho vervloekte, waarmee Elisa de knapen vervloekte en met alle verwensingen die in de wet geschreven staan.

Vervloekt zij hij bij dag en vervloekt zij hij bij nacht, vervloekt zij hij als hij gaat slapen en vervloekt zij hij als hij opstaat, vervloekt zij hij als hij uitgaat en vervloekt zij hij als hij binnenkomt.

Moge God hem nooit vergeven, moge de toorn en de gramschap van God ontbranden tegen deze mens ... en zijn naam onder de hemel uitwissen en moge God hem tot zijn verderf scheiden van alle stammen Israëls ...

Wij gebieden dat niemand met hem verkeert, niet mondeling en niet schriftelijk, dat niemand hem welke gunst dan ook bewijst, dat niemand onder een en hetzelfde dak met hem verblijft, dat niemand dichter in zijn buurt komt dan op vier el afstand, dat niemand een geschrift leest dat hij heeft opgesteld of geschreven.


IEMAND
God noemt hij een vergetelheid die niemand vergeet.
Laten we hem vergeten.

EEN ANDER
En als het waar is dat niet de herinnering, maar de vergetelheid de rede kenmerkt?

IEMAND
Ben je gek?

EEN ANDER
Zo gek als je moet zijn om God te denken, die onvoorstelbaar blijft.
Blinde natuur die alleen aan zichzelf verplicht is.

IEMAND
Waaraan jij verplicht bent, omdat de natuur jou denkt.

EEN ANDER
Totdat alle kennis voor de natuur vervloeit.

IEMAND
Genoeg.

Ze sluipen allebei weg.


*


RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

GEK ZIJN IS NORMAAL.


*


11. Tafereel: Twijfel. Moedeloosheid.

Er komen op: Spinoza (komt er aangesneld, alleen): woedend betoog

SPINOZA
Nu al beginnen ze te twijfelen.
Nu al zijn ze door angst bevangen.
Nu al kennen ze niets anders meer dan wat betrouwbaar is.

Heb ik hun dan niet laten zien dat geen enkele twijfel ver genoeg gaat om een evidentie te vernietigen waar die twijfel vandaan komt?

Heb ik niet geleerd te vertrouwen?
Op het SPEL VAN EEN NOODZAAK die geen vrijheid meer begrenst.

Ja.
Er bestaat een ja zeggen dat dieper reikt dan het verstand.

Luister je?

Dieper nog dan iedere twijfel.
Dieper dan welk nee dan ook.

De twijfelaar weet niets van de GRENS VAN DE TWIJFEL.
Argeloos bewapent hij zich met niets.

Wantrouwen is zijn godsdienst.
Een neezegger, een niet-gebruiker, die houdt van zijn zekerheden op vaste grond.

Luister je?
Jullie verstand is blind, omdat het alleen de twijfel kent.

Luister je?
Jullie weten drijft op duistere grond.

Luister je?
Elke keer dat je ja zegt wordt er teveel gevraagd van de rede.

Wat is verstand zonder moed?
Wat is rede die niets riskeert?
Wat is twijfel die zijn wet miskent?

Alleen ja zeggen vereist moed.
Jullie twijfel is angst.

We dwalen in een vrijheid die groter is dan wij.

Twee wetten leer ik jullie.
De wet van de onvrijheid die jullie bang zijn te breken.
En de wet van de vrijheid die niet meer gebroken kan worden.

Wet van de immanentie. Wet van de substantie. Wet van God.
Onoverwinnelijke wet,
die niet te breken is, waar jullie twijfels zijn binnengestroomd.

Want de twijfel is van de moedelozen,
die terugdeinzen voor een vrijheid,
die hun een moedproef lijkt.

Ze noemen de vrije wil hun hoogste goed.
Pas op voor de moedelozen,
waar jullie ook bij horen.

Het is nog maar een van hun domheden
dat ze van de vrijheid hun bezit maken
Bezeten als ze zijn van hun eigen overmaat.

Vrijheid bestaat alleen zo: als bezitter.
Een gave die geen enkel verstand begrijpt en geen twijfel ooit bereikt.

Jullie twijfels zijn de kinderen van een vrijheid
die aan jullie ontsnapt.

Waarheen kun je voor de vrijheid vluchten?
In welk wantrouwen?

Aan welke spoken geven jullie je over
om voor het spook van de vrijheid te vluchten?

Jullie zijn zelf spoken
die liever dood dan levend zijn.

Jullie zijn levende doden.

Dood - dat is jullie wet.

De vrijheid gooit jullie in het leven,
waarvan jullie de moedproef niet willen.

Leef toch als doden.
Gooi je in het bed van de domheid.

Jullie zijn even dom als moedeloos.

Jullie zijn niet begonnen met leven.

Er komt niemand om je te straffen.
GEEN OOG ZIET JE.
Geen rechter.
Niemand.
Jullie vrijheid is genadeloos.




*

RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

WIE TWIJFELT, DENKT NIET.


*


12. Tafereel: God is de vrijheid van de mens

Er komen op: Iemand, Een ander, Spinoza, Onzichtbare stem.

IEMAND (hijgend)
Degene die de hartstochten denkt,
ons leert de hartstochten te denken
om onze vrijheid waar te nemen
gaat hier tekeer.

Dom noemt hij ons.
We zijn niet vrij.

EEN ANDER
Want vrij zijn vereist
de vrijheid onder ogen te zien.

Je kent de vrijheid, als je je overgeeft aan de noodzaak.

SPINOZA (ongeïnteresseerd, oberverend)
God is de vrijheid van de mens.

IEMAND
Vrijheid die niemand vergeet.

SPINOZA
Noodzaak die je voor de vrijheid bevrijdt.

IEMAND
Noodzaak die niemand vergeet.

EEN ANDER (in herhaling)
Want vrij zijn vereist
de noodzaak onder ogen te zien.

IEMAND
Omdat vrijheid de WAARHEID VAN DE MACHINE is.

SPINOZA
Omdat niets anders dan de noodzaak geluk belooft.

IEMAND
Omdat je je geluk onder de mensen verspeelt, als je van de vrijheid houdt.

SPINOZA
Vervloekt.
Verdoemd.
Verstoten.

IEMAND
Eenzaam, maar niet alleen.

SPINOZA
Gelukkig midden in de machine.

ONZICHTBARE STEM (vanachter het toneel, leest dit fragment uit de banvloek voor):
Volgens het oordeel van de engelen en het oordeel van de heiligen verbannen, verwensen, vervloeken en verstoten wij Baruch de Espinoza.

Vervloekt zij hij bij dag en vervloekt zij hij bij nacht, vervloekt zij hij als hij gaat slapen en vervloekt zij hij als hij opstaat, vervloekt zij hij als hij uitgaat en vervloekt zij hij als hij binnenkomt.

Moge God hem nooit vergeven.

SPINOZA
Moge God mij nooit vergeven.


*


RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

GOD IS DE EENZAAMHEID VAN GOD.


*


13. Tafereel: Oordeel

DE ANDER
Jouw God vonnist niet.
Jouw God oordeelt niet.
Jouw God bestaat niet.

SPINOZA
Mijn God is niet van mij.
En ook niet van jou.

Hier, zonder hier te zijn, is hij geen rechter.
Getuigende getuige door jou, ben jij zijn werkelijkheid.

In alles wat je doet, getuig je van wat je ontkent.
Je hebt ja gezegd, of je dat nu wil of niet.

Terwijl je nee zegt, was er eerst een ja, waar je geen controle over hebt.

DE ANDER
Hoe kan ik ja zeggen zonder dat ik dat wil?

SPINOZA
Door te leven.

DE ANDER
Zonder oordeel?
Zonder schuld?

SPINOZA
Zonder dat je een bestraffing te wachten staat.

DE ANDER
Zelfs je straf is niet zeker.

SPINOZA
Omdat je vrij bent, ben je zonder schuld.
Je moet ermee leven dat God je niet ziet.

DE ANDER
Mijn vrijheid is genadeloos.

SPINOZA
Je vrijheid kent geen gerecht.

DE ANDER
Met een rechter zou het makkelijker zijn.

SPINOZA
Je wilt je leven aan een ander geven.
Je moet het zelf leven.
Zonder God.

DE ANDER
Zonder God.

SPINOZA
Zonder getuige.

DE ANDER
Dus God is blind?

SPINOZA
Net als jij.



*


RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):


REALITEIT IS GEEN STRAF.


*


14. Tafereel: Machine

Er komen op: Spinoza, Iemand.

SPINOZA:
Ben je gek? – vraagt hij.
Ben je gek?

En als dat alles is wat ik weet?
Dat al het weten aan een waanzin grenst, die erbij hoort?

Wat vragen jullie toch?
Wat weten jullie?

Wat lachen jullie?
Wat vrezen jullie?

Weet, dat er voor ons niet meer is dan de grens van ons weten, dat lijkt op een GEK GEWORDEN MACHINE die God is of natuur.

IEMAND
God of natuur?

SPINOZA
Machine.

IEMAND
Machine.

SPINOZA
Omdat God zonder gezicht is, is hij jouw God.
Jij zit in God, je hoort bij de machine.

GOD MACHINE, waarvan jij een deel bent.
Wat je doet, wat je denkt, getuigt van de machine.

GOD is een APPARAAT dat GEK is GEWORDEN.

IEMAND
Geluk bestaat alleen in de machine.
Geluk is de vrijheid gek te zijn.

SPINOZA
Gek in God, midden in de machine.

Oneindige machine.
Gek geworden God.


*

RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

CONTROLE IS NIET ALLES!

*


15. Tafereel: Alles

Er komen op: Iemand, Spinoza.

IEMAND
God is het geheel.
Van het geheel weet ik verder niets.

Altijd is het het detail dat ik ken.
Altijd breekt mijn blik op iets afzonderlijks.
Altijd verliest mijn geest zich in wat gewild is.

Ik zwerf van interesse naar interesse.
Van begeerte naar begeerte.
Van wil naar wil.
Van opdracht naar opdracht.
Van lust naar lust.

SPINOZA
Omdat je een mens bent.
Omdat je verdwaalt in het hier en nu van je werkelijkheid.

Omdat je je geluk in het eindige zoekt.
Omdat je niet weet, dat je niet weet.

Omdat je je vrijheid niet kent.
De vrijheid die je wezen is.

Vrijheid die je dwingt het oneindige waar te nemen.
Het geheel, en deel van dat geheel ben jij.

IEMAND
Ben ik niet van mezelf?

SPINOZA
Je bent van jezelf, doordat je niet van jezelf bent.

IEMAND
Mezelf niet van mezelf?

SPINOZA
Van jezelf in God.

IEMAND
Van wie ik niets weet.

SPINOZA
Je bent zijn spoor.

IEMAND
Spoor van God.
Spoor van de oneindige natuur.

SPINOZA
Ja.

IEMAND
Ja.



*


RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

LIEVER MENS DAN GOD.



*



16. Tafereel: Koor van filosofen (allemaal dooreen, ze praten snel achter elkaar)

Er komen op: Gilles Deleuze, Martin Heidegger, Alain Badiou, Bertrand Russell, Georg Wilhelm Friedrich Hegel, Friedrich Nietzsche, Jacques Derrida, Slavoj Zizek, Jean-Luc Nancy, Jacques Lacan, Marguerite Duras.

DELEUZE
Hij is de prins van de filosofie.

HEIDEGGER
Nooit zagen ze hem lachen, nooit verdrietig, altijd vriendelijk, attent met raad en daad, zonder schijnheiligheid of eerzucht, zonder hoge eisen.

RUSSELL
Van de grote filosofen is niemand zo aardig en terughoudend als Spinoza. Het gevolg was natuurlijk dat hij in zijn leven en ook nog honderd jaar na zijn dood als een vreselijk slecht mens werd gezien.

DELEUZE
Geen filosoof werd meer gewaardeerd, maar ook niet meer beledigd en gehaat dan hij.

HEGEL
Een van de belangrijkste ideeën van zijn systeem is die van de oneindigheid.

NIETZSCHE
De wil tot een systeem betekent een gebrek aan oprechtheid.

HEIDEGGER
Er bestaat geen enkel denken zonder innerlijke systematiek.

BADIOU
Elk denken dat zich openstelt voor het zijn, verloopt MORE GEOMETRICO van een meestal ONZICHTBARE MATHEMATICA.

HEGEL
Sub specie aeternitatis.

HEIDEGGER
Pantheïsme zegt niet genoeg als begrip.

DELEUZE
Parallellisme.

NIETZSCHE
Hij is mijn voorganger - en wat voor een!

HEGEL
Filosofie van de substantialiteit, geen pantheïsme.

NIETZSCHE
In vijf hoofdpunten van zijn leer zie ik mezelf terug. Vooral in deze dingen sta ik dicht bij deze heel ongewone en eenzame denker: hij ontkent de vrije wil –; de doeleinden –; de zedelijke wereldorde –; het onzelfzuchtige –; het kwaad.

HEGEL
God is dood in hem.

NIETZSCHE
Dood zijn betekent niet, niet te bestaan.

HEGEL
Spinozisme óf geen filosofie.

HEIDEGGER
Kennis óf geloof.

DERRIDA
En als er geen kennis slaagt boven een bepaald geloof uit?

HEIDEGGER
Fides sive Scientia?

DERRIDA
Ja.

HEGEL
Je zou hem een akosmist kunnen noemen.

ZIZEK
Omdat hij in de AFGROND van de KOSMOS wijst.

DELEUZE
In een WORDING die aan het continuüm van de geschiedenis ontsnapt.

HEGEL
Een atheïst.

DELEUZE
Het atheïsme is de waardigheid van de filosofie.

NANCY
Het atheïsme van het christendom maakt er een geloofwaardige godsdienst van.

LACAN
God is onbewust. Ik geloof in God.

DURAS
Van God vind ik goed dat hij niet bestaat.



*

RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

FILOSOFEN ZIJN OOK MAAR MENSEN.

*


17. Tafereel: Vervloekt

Er komt op: de Onzichtbare stem.

ONZICHTBARE STEM (vanachter het toneel, leest dit fragment uit de banvloek voor):
Met instemming van de gezegende God en van deze hele heilige gemeenschap, ten overstaan van de heilige boeken van de Thora en de 613 voorschriften die zo daarin staan geschreven, spreken wij de banvloek over hem uit, waarmee Jozua Jericho vervloekte, met de verwensingen waarmee Elisa de kwade knapen verwenste en met alle vervloekingen die in de wet afgekondigd zijn.



*

RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

ISOLEMENT KAN GELUKKIG MAKEN.

*

18. Tafereel: Vreugde

Er komen op: Spinoza, Een ander

SPINOZA
De filosofie staat buiten alle geschiedenis.
Ze volgt geen enkele wet.

Buiten het gebed, buiten de regels van de synagoge leeft de filosoof in de vrijheid van ja zeggen tegen het erkennen van God als een werkelijkheid die niet straft en niet oordeelt.

Het leven hier is moeilijk en makkelijk tegelijk.
In opdracht van deze vrijheid die ieder bestaan doordringt.

Vervloek en verdrijf me.
Ik ben geen slachtoffer en ik word er ook geen.

Hier sta ik.
In het geluk van ja zeggen tegen het kennen van mijn werkelijkheid.

In de immanentie van deze enige wereld die niemand vergeet.
In de berusting van een weten dat zelfs de duisternis opmeet.

In de vreugde van een vertrouwen dat alles wat telt, hier en nergens anders is.

In de onwankelbaarheid van dit vertrouwen.

In de zekerheid van mijn hart.
In de helderheid van mijn verstand.
In de rust van mijn geest.
In de tegenwoordigheid van God in mij.


EEN ANDER
Maar je hoort hier.
Je bent mens onder de mensen.
Je deelt hun wetten.

SPINOZA
Mens onder de mensen.
O, ja.

Ik wil niets anders zijn.
Alleen maar een van jullie.

Ik erken niets van God behalve wat ik hier zie.
Uitgebreidheid en inzicht.

Wat hier van hem is, is al van mij.
En van jou.

EEN ANDER
En wij zijn van de machine.

SPINOZA
Delen van de machine zijn wij.

EEN ANDER
In de immanentie van een gekmakende liefde.

SPINOZA
Die van God is.

EIN ANDERER
En die iedereen bereikt.

SPINOZA
Omdat die niemand vergeet.


*


RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

VERGETELHEID IS NUTTIG.

*



19. Tafereel: Uitwissen

Er komt op: de Onzichtbare stem

ONZICHTBARE STEM (vanachter het toneel, leest dit fragment uit de banvloek voor):
Moge de Heer hem nooit vergeven en moge voortaan de toorn van de Heer en de ijver van God over deze mens komen en hem beladen met alle vloeken die staan geschreven in dit Boek der Wet. En de Heer zal zijn naam onder de hemel uitwissen en de Heer zal hem tot zijn verderf uit alle stammen Israëls stoten met alle verwensingen van het firmament geschreven in dit Boek der Wet. En u allen, die verbonden zijn met uw God de Heer, blijft nu wel behouden!


*


RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

HERINNERING IS ER ALLEEN IN DE VORM VAN GEWELD.

*




20. Tafereel: Ademen

Er komen op: Spinoza, Iemand.

SPINOZA
Ik adem niet.
Ik besta.

Dood ben ik onder jullie zonder dood te zijn.
Dood sinds jullie me vervloekt hebben.
Dood sinds ik jullie vervloek.

Omdat ik mijn vloek vervloek.
Levend.
Onder jullie.

Ik adem niet.
Ik geloof niet.
Ik vervloek niet.
Ik oordeel niet.

Jullie wetten zijn geloof, vervloeking en oordeel.
Arm zijn jullie priesters.
Dolenden.
Rechters.


IEMAND
Tegen wie praat je?
Tot wie spreek je deze vlammende woorden?

SPINOZA
Zei ik niet al veel eerder dat ik evengoed tegen mezelf als tegen jou praat.
Tegen iedereen en tegen ons?

Zei ik niet dat denken betekent je geluk met niemand en met iedereen te delen?

Al denkend leer ik denken.
Meer kan ik niet.

Al denkend wijs ik de bedrieglijke hartstocht af.
Ik leer je een blindheid ontvangen die je dromen doorbreekt.

Al denkend richt mijn denken zich op God die gek is.

Aan een leegte grenst de mens.
Naar een afgrond loopt zijn stap.
Uit een afgrond komt hij.

Van leegte naar leegte dwarrelt zijn geest.

In het niets neergedaald.
In zijn vrijheid.
Ondergedompeld in de natuur.

God is niet dood.
Hij is blind en gek.

Dood te zijn.
Te leven.
Is ons recht.
Niet zijn recht.


*


RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

LIEVER EEN GOD DIE NIET BESTAAT DAN HELEMAAL GEEN GOD.

*



21. Tafereel: Wreedheid, oorlog

Er komen op: Zomaar iemand, Spinoza, Een ander.

ZOMAAR IEMAND
En de oorlog en de wreedheid en het lijden komen van God?

SPINOZA
God is de vrijheid van de mens en zijn leed.

ZOMAAR IEMAND
Wat is dat voor God die laat lijden?
Waar staat hij?

Aan wie zijn kant staat hij?
Wat wil jouw God?

SPINOZA
Hij wil niets.
De wil is hem vreemd.
Hij staat aan jouw kant en aan de kant van wie dan ook.

God is geen rechter.
God beslist niet.

Je herkent hem in je.
Je moet hem zichtbaar maken in wat je doet.

God is zijn onzichtbaarheid.
God heeft geen gezicht.

EEN ANDER
Merkwaardige God die onzichtbaar blijft.

ZOMAAR IEMAND
Dubieuze God die niets wil.

SPINOZA
Alleen een God zonder wil is rechtvaardig voor de mens, die niets hoeft te willen dan leven naar zijn natuur.

ZOMAAR IEMAND
Naar welke natuur.

SPINOZA
Naar zijn rede, die hem de wereld laat ontvangen zoals die is.

EEN ANDER
Het wereldspel is onrechtvaardig.

Het laat de een hongeren en de ander niet.
Het geeft de een rijkdom en neemt de ander in oorlogstijd zijn kinderen af.

Tegen deze wereld moet ik ja zeggen?
Die moet ik ontvangen om de rede?

SPINOZA
Er is alleen maar deze wereld.
Als je nee zegt tegen deze wereld, zeg je nee tegen jezelf.

Jij bent van deze wereld.
De wereld is niet van jou.

ZOMAAR IEMAND
Omdat ik de wereld niet kan veranderen, verandert de wereld mij.

SPINOZA
Voordat je de wereld kunt willen veranderen, moet je je wil bevrijden.
Aan iedere wil gaat dit ja zeggen vooraf.

Een ja, dat ja zegt tegen de noodzaak.
En tegen je verbinding met de natuur.

Rede is wat ja zegt tegen deze verbinding.
Je geest gaat niet tegen de noodzaak in.
Je geest neemt de noodzaak aan.

ZOMAAR IEMAND
Omdat hij zelf een noodzaak is.

SPINOZA
Ja.

ZOMAAR IEMAND
Kan ik niet aan hem ontkomen?

SPINOZA
Je ontkomt aan hem door je de ILLUSIE te maken dat je macht hebt over de natuur.

ZOMAAR IEMAND
Ik moet ja zeggen tegen het leed als het recht van de natuur?

SPINOZA
Je moet weten dat de natuur haar eigen recht en maat kent.

ZOMAAR IEMAND
Net als God?

SPINOZA
God die scheppende natuur is.
Gek apparaat.

ZOMAAR IEMAND
Omdat God gek is, ben ik vrij.

SPINOZA
Omdat God gek is, ben jij vrij.


*

RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

VRIJHEID KAN WREED ZIJN.

*


22. Tafereel: Amor intellectualis dei

Er komen op: Iemand, Spinoza.

IEMAND
Als verstoteling vertrouw je op God.
Aan de rand van je zekerheden stoot je op hem.

SPINOZA
In de leegte van mijn zekerheden woont zijn evidentie.

IEMAND
Hij bewoont je leegte.

SPINOZA
De leegte in mij.
De leegte tussen ons.

Tussen mens en mens is leegte.
Tussen mens en God ook.

God leert me op deze leegte te vertrouwen.

IEMAND
Hij is niets dan leegte.

SPINOZA
Alleen zo kan ik houden van hem, die niet bestaat.
Alleen zo houdt hij van zichzelf.

IEMAND
Je liefde gaat uit naar niets.

SPINOZA
Net als elke liefde.

IEMAND
Liefde is zonder reden en zonder doel.

SPINOZA
Net als elke liefde.

IEMAND
Je handen zijn leeg.

SPINOZA
Ik heb niets in de hand.



*


RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

PATHOS IS ZO MANNELIJK!


*


23. Tafereel: Geluk, productie

Er komen op: Iemand, Spinoza, Robert Pfaller, Maurice Blanchot.

IEMAND
Wat is dus geluk?

SPINOZA
Geluk is ...

PFALLER (uit het koor van filosofen, valt hem in de rede)
Ongeluk is een geluk dat wie het heeft, niet zo beleeft.

BLANCHOT (uit de groep filosofen)
Geluk is het geluk niet onsterfelijk te zijn.

SPINOZA
Wie op het geluk vertrouwt, blijft ongelukkig.

IEMAND
Want geluk blijft de werkelijkheid van de mens.



IEMAND
Wat is dat – een machine?

SPINOZA
Iets wat functioneert, wat produceert.

IEMAND
Wat functioneert, wat produceert.

SPINOZA
Wat functioneert, wat produceert.

IEMAND
Wat functioneert, wat produceert ...

SPINOZA
Wat gebeurt, gebeurt volgens de natuur.
De wet van de natuur is ondoorgrondelijk.

De natuur die ik God noem is wet zonder wet.
In de natuur werkt de mens.

Geluk betekent deze wet waar te nemen.
Inzicht is, dat deze wet de wet van de mens blijft.

De mens hoort in een eenheid met de natuur.
In hem werken de natuurwetten.

Ongeluk betekent je tegen de natuur te keren.
Om je open te stellen voor illusies die je blik op de natuur belemmeren.

Kennis is de stap naar het geluk.
Inzicht in plaats van weerstand.
Weten in plaats van illusie.

En toch drijft mijn weten net als dat van jullie op duistere grond.
Het hoogste weten is ja te zeggen tegen deze grond.

Ik droom van dit weten, dat het weten van iedereen moet zijn.
Niemand mag buitengesloten blijven.
Iedereen moet er toegang toe hebben.

De enige volkomenheid is de volkomenheid van de mens, die zijn verstand van alle vergissingen bevrijdt, die hem van zijn grond vervreemden.

Vrijheid, geluk – waar is het verschil?

*


RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):


GELUK KAN GEEN MISDAAD ZIJN.


*

24. Tafereel: Moge God hem nooit vergeven.


ONZICHTBARE STEM (vanachter het toneel, leest dit fragment uit de banvloek voor):
Volgens het oordeel van de engelen en het oordeel van de Heiligen verbannen, verwensen, vervloeken en verstoten wij Baruch de Espinoza

Vervloekt zij hij bij dag en vervloekt zij hij bij nacht, vervloekt zij hij als hij gaat slapen en vervloekt zij hij als hij opstaat, vervloekt zij hij als hij uitgaat en vervloekt zij hij als hij binnenkomt.

Moge God hem nooit vergeven.



*


RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

WIE IS ER BANG VOOR SPINOZA?


*

25. Tafereel: Causa sui

Er komt op: Spinoza

SPINOZA
God is zijn oorzaak.
God is zijn oorsprong.
God is een machine zonder reden.

God is het oerwezen.
Voor hem is er niets.

God wijst naar een leegte.
Hij blijft de naam van die leegte.

God heeft geen gezicht.
God is geen persoon.

Je spreekt niet met God.
Hij spreekt in je.

Omdat je in God bent,
ben je van zijn geest.

Alles komt van die ene substantie.
Die ik God noem of natuur.


*


RONDEMISS (de rondemiss houdt een bord boven haar hoofd waarop telkens een andere propagandistische leus staat die ze aan het publiek laat zien, terwijl ze net als tussen de rondes van een bokswedstrijd in door de ring respectievelijk over het toneel loopt):

GOD IS DE WERELD ZONDER BUITEN.

*


26. Tafereel: Einde.

Er komt op: de Onzichtbare stem.

ONZICHTBARE STEM (vanachter het toneel, leest dit fragment uit de banvloek voor):
Moge God hem nooit vergeven.





––––– EINDE –––––




Nederlandse vertaling: Janneke Panders